Hadrat Mirza Ghulam Ahmad (1835-1908), de stichter van de Ahmadiyya Moslim Djama‘at, behoorde tot een nobele Moslimfamilie uit Qadian (India). Hij was een vroom man en naar aanleiding van goddelijke openbaringen verklaarde hij in 1891 dat hij de Beloofde Messias en Mahdi was, wiens komst was voorspeld door de Heilige Profeet van de Islam, Muhammad (mogen de vrede en de zegeningen van Allah met hem zijn) en wiens komst ook was voorspeld in de geschriften van andere godsdiensten.Meer
Zijn aanspraak vormt de basis van de Ahmadiyya Moslim Djama‘at. Zijn volgelingen geloven dat zoals de komst van Elias in geestelijke zin was vervuld in de persoon van Johannes de Doper, de tweede komst van Jezus in geestelijke zin was vervuld in de komst van Hadrat Mirza Ghulam Ahmad. Overeenkomstig de leerstellingen van de Heilige Qur’an geloofde hij vast in de waarheid van de oorsprong van alle godsdiensten en bevestigde hij de rechtschapenheid van Boeddha, Confucius, Krishna en Zoroaster als boodschappers van God, hoewel niet als personificaties van God. Hem werd geopenbaard dat alle profetieën in de verschillende godsdiensten betreffende de komst van een Hervormer in de latere dagen waar zijn en dat hij één enkele Hervormer zou zijn die in zijn persoon de eigenschappen, de rol en de geestelijke krachten zou combineren van alle beloofde hervormers als een levend bewijs van de fundamentele eenheid van alle geloven iii onder de banier van God. Hij maakte er aanspraak op die Hervormer te zijn die was beloofd. Hem werd in goddelijke openbaringen meegedeeld dat hij ook een latere personificatie zou zijn van de eigenschappen van Krishna, die een incarnatie was voor de aanhangers van de leer van de Aryah Samaj en die een profeet van God was. De stichter van de Ahmadiyya Moslim Djama‘at ontleende zijn inspiratie en leiding aan de Heilige Profeet van de Islam (mogen de vrede en de zegeningen van Allah met hem zijn). Hij stelde geen nieuwe godsdienst voor, noch introduceerde hij een theologische nieuwigheid. Het centrale punt van zijn missie was de herleving van de Islam. Zijn leer vertegenwoordigt het wezen van de Islam, ontdaan van alle aanwassen die door de eeuwen heen de oorspronkelijke zuiverheid van de Islam hebben aangetast. In een tijd dat in het algemeen fanatisme en obscurantisme de belangrijkste kenmerken zijn van het huidige religieuze denken in de wereld, biedt hij een nieuwe kijk op de wijsheid en de filosofie van de Islamitische leerstellingen. Zijn uiteenzetting van het religieuze denken is uitsluitend gebaseerd op de Heilige Qur’an en de uitspraken van de Heilige Profeet van de Islam (mogen de vrede en de zegeningen van Allah met hem zijn).